Biohuis directeur Sander van Diepen: 'zonder politiek draagvlak geen versnelling in de landbouwtranistie'

In december ben ik aan de slag gegaan als directeur bij Biohuis na bijna zes jaar werkzaam geweest te zijn bij LTO. Een nieuwe organisatie, maar binnen hetzelfde speelveld: de toekomst van onze land- en tuinbouw. Al tijdens mijn vorige werk viel mij op dat biologisch boeren niet gaat over 'geitenwollensokken' of 'Ot en Sien'. Je ziet veel innovatie en ondernemerschap. Dit is ook politiek terug te zien. In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen was de inzet op biologisch terug te lezen in partijprogramma’s van links tot rechts. Het laat zien dat biologische landbouw breed omarmt wordt als oplossing voor vele maatschappelijke uitdagingen. En dat stemt hoopvol, want zonder politiek draagvlak geen versnelling in de landbouwtransitie.
Die versnelling is hard nodig. Want het is alweer een aantal jaar geleden dat nationaal het doel is gesteld voor 15 procent biologische productie en consumptie in 2030. Ambitieus, maar haalbaar zo was het idee. Inmiddels zijn we halverwege het tijdpad en blijft het areaal steken rond een magere vijf procent. Belangrijker is dat groei van de biologische productie hand in hand moet gaan met groei van de vraag. De geschiedenis leert ons dat opschalen zonder afzet een recept is voor faillissementen. Idealisme is mooi, maar de economie waarin onze agrarische ondernemers opereren draait nog altijd op ontnuchterend realisme.
De komende maanden zullen uitwijzen of het nationale doel voor biologische landbouw een serieuze belofte was, of vooral lippendienst bewees.
De (super)markt in beweging krijgen blijkt weerbarstiger dan gehoopt, maar de overheid kan het vliegwiel zijn. Daarom is eerder landelijk afgesproken dat een kwart van de catering in de overheid het biologisch label moet dragen. Echter, na eerdere beloftes om dit door te voeren in het inkoopbeleid van de rijkscatering is het al een jaar muisstil.
Terwijl er grote stappen mee te maken zijn. Als de overheid structureel kiest voor biologisch, creëert dat zekerheid voor producenten en ruimte voor groei. Denk aan één van de grootste cateraars van het land, verantwoordelijk voor de maaltijden van Defensie. Napoleon wist het al: een leger marcheert op zijn maag. En die mag zeker voor minstens een kwart biologisch gevuld zijn. Evenals de vele magen van ons ambtenarenkorps.
De volgende Tweede Kamerverkiezingen zijn in het voorjaar van 2030. Met andere woorden, het kabinet dat nu wordt gevormd móét leveren op de doelstelling van 15 procent productie en consumptie. De komende maanden zullen uitwijzen of het nationale doel voor biologische landbouw een serieuze belofte was, of vooral lippendienst bewees. De sleutel ligt in het aanstaande coalitieakkoord. Met een stevig actieplan, financiële dekking en brede politieke betrokkenheid kan het lukken. De biologische sector staat er klaar voor. Nu de politiek nog.
Sander van Diepen
Tekst: Sander van Diepen
Beeld: Biohuis
