Column: Een andere landbouw

Als laatste doe ik ook weleens wat (loon)werk voor hem. Enerzijds als hij handjes te kort komt (ik kan inmiddels als de beste aan de lopende band de aardappels onderscheiden van de kluiten klei die heel erg graag op een aardappel willen lijken), maar ook doe ik soms wat tractorwerk. Als er bijvoorbeeld specifiek werk is voor een tractor met smalle bandjes op 1,50 meter of als hij gebruik wil maken van onze Treffler TGA-cultivator om zeer ondiep de grond te bewerken.
Ervaring met burger
Het laatste was afgelopen woensdag het geval. Hij had een perceel waar graszaad op geteeld was en waar nu weer iets anders moet komen. Zelf had hij het perceel met glyfosaat ‘kapot’ gespoten en aan mij de taak om met de Treffler de graszoden af te snijden. En toen ervoer ik voor het eerst hoe het is om door de ‘burger’ als ‘gangbare’ boer gezien te worden. Het perceel ligt langs het dorpje Leuth en aan de dorpszijde loopt een wetering met wandelpad. Terwijl ik lekker bezig was op het veld, liep er een man (net gepensioneerd is mijn inschatting) over het pad en stopte hij een paar keer opzichtelijk om foto’s te maken van het geel/oranje gras en van mijn bezigheden.
Aan alles in zijn houding was te zien dat hij mijn activiteiten absoluut niet waardeerde. Dat hij er ‘iets van vond’ was duidelijk. Ik wilde de tractor stilzetten, uitstappen en in gesprek hierover met hem gaan. Wat was zijn mening dan precies? En als hij dus tegen het gebruik van glyfosaat was, kon ik er dan van uitgaan dat de beste man zelf 100% biologisch kocht in de winkel? Toen ik aan het einde van mijn baan was, was de man echter al doorgelopen en het is ook maar de vraag of hij open had gestaan voor een gesprek.
Onbegrip in de maatschappij.
Op mij heeft deze ervaring echter wel degelijk een impact gehad, want omdat hij mij zag als de gangbare akkerbouwer, voelde ik mij ook zo. Tot op heden kon ik de boosheid van boeren richting de samenleving en politiek wel begrijpen, maar nu voelde ik het ook echt. Iedereen heeft een mening over hoe er geboerd wordt, maar nog geen 5 procent (dat is momenteel het biologische marktaandeel) is daadwerkelijk bereid om er ook de portemonnee voor te trekken. 95 procent kans dus dat die beste hoofdschuddende man gewoon zijn brood in de supermarkt koopt, gemaakt van granen uit bijvoorbeeld Oekraïne, waar ze zelfs nog glyfosaat spuiten op de granen zelf om ze eerder en gelijkmatig af te laten rijpen (overigens pas sinds 2019 in Nederland verboden).
Boos was ik op deze man en boos was ik op het onbegrip in de maatschappij. Als we verandering willen dan kan en mag deze niet alleen bij de boer liggen, de verandering ligt bij ons allemaal. Een mooi spreekwoord (uit het Engels vertaald) is 'als je met één vinger naar een ander wijst, dan wijzen er drie vingers naar jezelf'. Probeer het maar eens.
De Biesterhof
Howard Koster pacht samen met zijn partner Claudi Rudorf 25 hectare landbouwgrond in Millingen aan de Rijn (GD). Samen zijn zij uitgekozen door burgercoöperatie Land van Ons, dat met geld van leden en investeerders landbouwgrond biodiverser wil maken. Koster beschikt over een SKAL-certificaat en richt zich op biologische landbouw. Wat begon als een woonhuis met 25 hectare landbouwgrond, is inmiddels uitgegroeid tot een levendige boerderij. Het bedrijf richt zich op meerdere takken, zoals onder meer akkerbouw, agroforestry en een CSA-tuinderij.
Koster studeerde biologische landbouw aan de Wageningen Universiteit en ontmoette tijdens die studie Rudorf. Het was een gezamenlijke droom om ooit een eigen boerderij te gaan bestieren. Koster en Rudorf woonden hiervoor in het Duitse Berlijn. Voor Agrio, de uitgever van deze website, verhaalt Koster over het opzetten van een levensvatbare, duurzame boerderij.
Tekst: Howard Koster
Beeld: Ellen Meinen

